Storing
Speciaal uit bed gekomen om van het uitzicht te genieten, diep in de nacht: de verduisterde stad, het volledig donkere Prinseneiland aan de overkant van het water. Het treinspoor vlak langs ons huis: uitgestorven. De stilte was meeslepend.
Terug in bed begon de paniek. Hadden de Russen onze elektriciteitscentrales gehackt? Stel dat dit zou aanhouden. Nauwelijks contant geld in huis. Pinautomaten werkten natuurlijk ook niet. Al snel zouden onze telefoons uitvallen, geen stroom om ze op te laden. Hoe kwamen we aan eten? Binnen een mum van tijd zouden voor alle winkels eindeloze rijen hongerigen staan.
Wat als de weeën begonnen en we geen taxi konden bellen? Ik zou er een kunnen halen bij de taxistandplaats op het Haarlemmerplein, maar dan opnieuw: geen geld. En al die babyspullen die we nog moesten kopen. Geen werkende verwarming, midden in de winter. Laptop waarop ik mijn werk schrijf, mijn geld verdien: zonder stroom, zonder internet. En opnieuw: hoe kwamen we aan eten?
Rillend in bed besefte ik dat we, met al onze moderne technieken en welvaart, slechts één stroomstoring van de totale chaos verwijderd zijn.
Maar rond achten bleek de storing alweer verholpen.